Haarlems Dagblad 30 oktober 2020
Het Spaarne Stroomt in 100 tekeningen
Vanuit zijn werkkamer in het statige Hodshon Huis kijkt multimediakunstenaar Stefan de Groot uit over het Spaarne, op de Waag, op de Damstraat en op de plek waar ooit de Beek in de veenstroom uitkwam. Het is het decor van de eerste strofe van het lied ’Het Spaarne’ van Boudewijn de Groot, op tekst van Lennaert Nijgh.
Sleutelzinnen noemt Stefan de Groot ze: ’voorbij de stad waar niets meer wordt geladen / er liggen voor de Waag geen schepen meer / ze varen door, want de bolders en de kade / hebben plaatsgemaakt voor het verkeer’.
Met het panoramabeeld van dit stuk Spaarne opent de animatiefilm die hij in opdracht van Museum Haarlem maakte bij de beroemde De Groot/Nijgh-compositie uit 1973. De film is sinds september te zien in de vaste tentoonstelling ’Allemaal Haarlemmers’. De komende maanden vormen de ruim honderd aquarellen en tekeningen die hij voor die film maakte een tijdelijke – kleine maar zeer boeiende – expositie in het Gasthuis van het museum.Aanvankelijk zou dit ’kijkje achter de schermen’ onderdeel zijn van de Haarlemse Kunstlijn, maar corona haalde door dat evenement een streep. De expositie staat nu op eigen benen.
Het was voortdurend zoeken naar de juiste technieken
,,Deze film is het meest intensieve werk dat ik tot nu toe heb gemaakt’’, zegt De Groot (1968) over Het Spaarne Stroomt. ,,Dat kwam ook door de tijdsdruk: het moest in twee maanden af zijn, omdat ’Allemaal Haarlemmers’ aanvankelijk al in juli open zou gaan. Twee maanden lang heb ik twaalf uur per dag zitten tekenen en schilderen. Het was wel een goeie manier om me afgelopen voorjaar af te sluiten voor alle coronaperikelen buiten, dat zeker.’’
Dansende beelden
Maar niet alleen de tijdsdruk maakt dat dit De Groots imposantste werk tot nu toe is. In de lichtvoetige dans die de geanimeerde beelden boven de muziek uitvoeren valt het niet direct op, maar de complexiteit van de verschillende technieken is duizelingwekkend.
Technieken
De Groot geldt als pionier en autoriteit op het gebied van schilderen op de iPad. Speciaal voor Het Spaarne Stroomt ontwikkelde hij een digitale aquarelpenseel. ,,Vanwege het water van het Spaarne wilde ik dat de hele film een aquarelachtige uitstraling zou hebben’’, vertelt hij. ,,Er zitten ook daadwerkelijke aquarelschilderingen in die ik gemaakt heb, maar ik wilde die sfeer ook in het digitale werk. Een van de typische eigenschappen van aquarel is, dat de verf harde randjes krijgt als je niet doorschildert. Die eigenschap wilde ik per se ook in mijn digitale penseel hebben. Vandaar dus.’’ Verontschuldigend: ,, Het is een beetje nerd-erig, misschien.
Voor de iPad maakte ik een speciaal aquarel penseeltje
Gerrit van Dijk
Er zitten meer technieken in Het Spaarne Stroomt. Zoals klassiek tekenwerk. Maar ook rotoscope, de door Max Fleischer – geestelijk vader van onder andere Betty Boop – in 1915 ontwikkelde techniek waarbij filmbeelden worden overgetrokken en vervolgens bewerkt tot animatie. In Nederland gold Gerrit van Dijk als grootheid van de rotoscope. Het is niet voor niets dat we Van Dijk in de openingsscène over de Melkbrug zien lopen – een Betty Boop-pop in zijn linkerhand. Het is een van de scènes die De Groot met rotoscope maakte. Grappig om te weten daarbij is, dat de animator zelf figureerde als Gerrit van Dijk. Zoals hij verderop in de animatiefilm ook ’stiekem’ voorbij komt: als Hildebrand die, gezeten aan de rand van zijn eigen fontein in de Haarlemmerhout een bijtje wegjaagt dat om zijn hoofd zoemt. Op dat bijtje zit dan weer Erik uit Bomans ’Erik of het Klein Insektenboek’.
De Groot: ,,Ik wilde eigenlijk vrijwilligers gebruiken als model voor deze opnamen. Maar vanwege corona zat er niets anders op dan het zelf te doen. Ik laat Gerrit een beetje waggelen, inderdaad.’’ De scène vlak na ’het bijtje’ was waarschijnlijk de lastigste om te maken, vertelt hij. ,,Hildebrand maait per ongeluk zijn inktpotje in de vijver. Los van dat het ingewikkeld was om de inkt in het zinkende potje te laten draaien, was het vooral puzzelen op de inktvlek die in het water moest ontstaan. Ik heb daar uiteindelijk slow-motion beelden voor gebruikt van een echte inktvlek die ik in een bakje water liet ontstaan. Zo was het voortdurend zoeken naar technieken. Maar dat vind ik ook leuk om te doen.’’
Boek
In de iets meer dan vier minuten die de film duurt, komt meer Haarlem voorbij dan je hersenen in één keer kunnen bevatten. Van Kaandorp tot Hakim, van Mulisch tot Lilian Blom, van Philharmonie tot Patronaat, van Jopo de Pojo tot Drostemannetje en van Bevrijdingspop tot Jazzstad. En meer inderdaad. De aanvullende tentoonstelling met losse tekeningen, en straks het boek dat bij film en tentoonstelling gaat verschijnen, helpen de kijker de details op te zuigen.
De Groot: ,,Het museum wilde dat ik duizend jaar Haarlem zou samenvatten. Dat was ondoenlijk. Ik heb er nu vijftig jaar van gemaakt, ongeveer mijn leeftijd. En dan nog… Ik moest kiezen. De focus ligt vooral op cultureel Haarlem. Dát Haarlem ligt het dichtst bij mij.’’
Richard Stekelenburg